6.6. Toetsvragen¶
- De IoT-knoop gebruikt een ander WiFi-protocol.
- Ze kunnen hetzelfde protocol gebruiken.
- De IoT-knoop is naast het eigen WiFi-netwerk niet met een ander netwerk verbonden.
- Inderdaad: het netwerk is daardoor los van het internet.
- De IoT-knoop heeft een vast IP-adres in het eigen WiFi-netwerk.
- Ook de gateway in het WiFi-netwerk heeft een vast IP-adres.
- De IoT-knoop kan niet dezelfde IP-adressen gebruiken als het normale WiFi-netwerk.
- Ze gebruiken beide "lokale IP-adressen".
Q-1: Wat zijn de verschillen tussen een normale WiFi-access point (base station)/gateway en de IoT-knoop als access point?
- Een veranderde sensorwaarde van het apparaat.
- De besturing van een actuator van het apparaat.
- Beide.
- Geen van beide.
Q-2: Door middel van een ingebouwde webserver kun je een apparaat (printer, controller, IoT-knoop) in het lokale netwerk bewaken (monitoren) en besturen. Welke informatie wordt in de client-server communicatie met deze webserver direct doorgestuurd?
- GET.
- POST.
- Kan allebeide.
- Een andere method.
Q-3: Welke method gebruikt de browser voor het opsturen van een ingevuld formulier naar de server, om daarmee de toestand van de server te veranderen?
- via een browser op een computer in het publieke internet.
- via een browser op een computer in het lokale netwerk.
- via allebeide.
- via geen van beide.
Q-4: Een apparaat in het lokale netwerk met een ingebouwde webserver kun je besturen:
You have attempted of activities on this page