1.1. Geschiedenis en ontwikkeling

Van Internet van computers tot Internet of Things

../_images/internet-of-computers-0.png

Internet of computers

De eerste gebruikers van het internet waren universiteiten en onderzoeksinstellingen. Belangrijke toepassingen uit die periode zijn e-mail, file-transfer (ftp), remote login (telnet, nu ssh), en chat (IRC, internet relay chat). Deze periode zou je het “internet van computers” kunnen noemen: het internet werd vooral gebruikt om computers aan elkaar te verbinden, en bijvoorbeeld om op afstand toegang te hebben tot supercomputers.

../_images/internet-of-people-0.png

Internet of people

Rond 1989/1990 vonden twee belangrijke ontwikkelingen plaats: het internet werd voor iedereen toegankelijk; en Tim Berners-Lee bedacht het web, met als eerste browser “WorldWideWeb”. Later werden de browsers Netscape Navigator (de voorloper van Firefox) en Internet Explorer. Door het gemak van het web is het gebruik van het internet in de periode 1990-2000 razendsnel gegroeid.

Het web is een toepassing van het internet. HTTP, het web-protocol, is gebaseerd op de basisprotocollen van het internet: TCP met daaronder IP. Alleen dit laatste protocol vind je in het eigenlijke internet terug. Voor een nieuwe toepassing hoef je alleen de eindpunten (eindapparaten) aan te passen, niet het netwerk zelf (end-to-end principe). Dit maakt het erg eenvoudig om nieuwe toepassingen in te voeren.

Een volgende stap was de introductie van de smartphone: vooral de iPhone (2007) heeft de aanzet gegeven tot de smartphone als persoonlijk internet apparaat. Dit leidt tot de opkomst van “sociale toepassingen” zoals Facebook en Twitter. Deze periode zou je het internet van mensen kunnen noemen: het internet verbindt niet alleen computers, maar ook mensen.

Voor het aansluiten van een smartphone op het internet heb je mobiel internet nodig: via een radioverbinding (bijvoorbeeld 3G, 4G, enz.) maakt je telefoon verbinding met het netwerk van je internet-provider. Deze netwerkprovider heeft daarvoor overal antenne’s geplaatst, bij voorkeur hoog op een gebouw of in een mast. Via het netwerk van je provider maak je dan verbinding met de rest van het internet. De rest van het internet hoeft voor het gebruik van smartphones en de bijbehorende toepassingen niet aangepast te worden.

../_images/internet-of-things-0.png

Internet of things

Een volgende stap is het “internet of things”: door de ontwikkeling van de micro-elektronica is het mogelijk om zeer goedkope, kleine en draadloze internetverbindingen te maken. Hiermee kunnen allerlei “dingen” in het internet verbonden worden, ook als deze niet over een eigen stroomvoorziening beschikken. Het begrip “ding” is erg ruim: het kan ook gaan om levende wezens, zoals dieren of planten. Het is nu mogelijk om computers, mensen en dingen via het internet aan elkaar te verbinden. Het aantal internetverbindingen neemt hierdoor explosief toe.

Meestal sluit je een “ding” aan op het internet via een draadloze (radio)verbinding: daarmee voorkom je lastige draden, en kun je werken met mobiele dingen. Net als bij de smartphones heb je voor het internet of things alleen aanpassingen aan de rand van het netwerk nodig: de rest van het netwerk hoeft niet aangepast te worden.

Andere ontwikkelingen in de ICT: Data Science, Artificial Intelligence

In verband met het Internet of Things spreken we vaak over slimme oplossingen. Bij zo’n slimme oplossing combineren we de gegevens van “dingen” met diensten in het internet. Zulke diensten combineren vaak grote hoeveelheden data uit allerlei bronnen. Met behulp van Data Science en Artificial Intelligence herkennen ze patronen in deze data, en voorspellen daarmee de gevolgen van beslissingen. Deze diensten worden slimmer door het gebruik van IoT-data; “dingen” in het IoT kun je slimmer besturen met behulp van deze diensten. Het Internet of Things en Data Science en Artificial Intelligence ontwikkelen zich zo samen en versterken elkaar.

In sommige gevallen gebeurt de besturing van “dingen” automatisch, zonder tussenkomst van mensen. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn om snel genoeg te reageren in risicovolle situaties. Een dergelijke automatische verwerking stelt extra hoge eisen aan de IoT-gegevens en aan de verwerking hiervan.

Een voorbeeld van een dergelijke volautomatisch systeem is de Maeslantkering in de Nieuwe waterweg.

Ontwikkeling van het Internet of things

Het Internet of Things staat nog in de kinderschoenen. De technologie begint bruikbaar te worden, en het aantal toepassingen groeit sterk. Maar er zijn de komende jaren nog veel mogelijkheden voor nieuwe toepassingen: dit hangt voor een belangrijk deel af van de vindingrijheid van de bedenkers. Een toepassing zoals Facebook was al veel eerder mogelijk: het bedenken van nieuwe toepassingen en het uitvoeren daarvan hangt niet alleen van de technologie af, maar ook van de ideeën om iets zinvols met die technologie te doen. Vooral het komende decennium (2020-2030) biedt hiervoor grote mogelijkheden.

You have attempted of activities on this page